MENU SLUIT

teamcoordinator-robert-DIT

“De cliënt staat centraal – en daar gaan we ver in”

Interview met Robèrt Kusters, teamcoördinator bij impegno

Samen met Futuris Zorg en Werk, Regionaal Autisme Centrum en Jados biedt impegno ambulante begeleiding in de gemeente Eindhoven via De Inwoner Telt.

Robèrt Kusters werkt bijna zeven jaar bij impegno, waar hij begon als ambulant begeleider en daarna werkte als regiebegeleider. Inmiddels stuurt hij zo’n 2 jaar een team van dertien ondersteunend en ambulant begeleiders aan. Niet alleen voor De Inwoner Telt in Eindhoven: het team is ook actief in de gemeenten Best, Veldhoven, Oirschot en de Kempen. Opgeteld begeleiden ze hier zo’n 130 cliënten, waarvan de ruime meerderheid in Eindhoven.

Zijn carrière begon in de gehandicaptenzorg, daarna volgde een overstap naar de jeugdzorg. Bij impegno vond hij vervolgens een nieuwe uitdaging: ambulante begeleiding van volwassenen: “Juist omdat ik dat nog niet eerder had gedaan. Het sprak me aan dat je op een andere manier samenwerkt dan ik gewend was in een leefgroep.”

Breed inzetbaar, specialistisch waar nodig
Het team van Robèrt biedt binnen De Inwoner Telt begeleiding aan volwassenen vanaf 18 jaar met een brede hulpvraag. Deze vorm van begeleiding is een van de drie sporen binnen impegno, dat daarnaast ook begeleiding voor jeugd & gezin en behandeling biedt.

“Onze begeleiding is heel breed. Wel specialistisch maar heel breed. De hulpvragen zijn dat ook, we krijgen zowel praktische als meer psychische vragen. We maken daarbij gebruik van differentiatie in het team. We hebben begeleiders en ondersteunend begeleiders. Bij meer praktische ondersteuningsvragen staat de ondersteunend begeleider meer voorop.”

Aanmeldingen voor ambulante begeleiding komen binnen bij het servicebureau van De Inwoner Telt. Van daaruit worden cliënten verwezen naar een van de partners. “We kijken goed naar wat nodig is en in principe starten we ook gelijk. Soms biedt telefonische hulpverlening daarin uitkomst.”

Vasthoudend en betrokken
In de begeleiding van is vasthoudendheid een belangrijke waarde. Robèrt legt uit: “De cliënt staat altijd centraal. We geven dan ook niet snel op. Zeker bij mensen die zorg mijden, blijven we toch proberen het contact te leggen om hulp te kunnen bieden.”

In de begeleiding wordt ‘blended care’ ingezet: “We maken gebruik van fysieke afspraken, digitale afspraken en het online zelfzorgplatform Gezondeboel. Daar kunnen cliënten zelfstandig mee aan de slag. We kijken altijd waar de behoefte ligt en kunnen daarin ook met de cliënt optrekken. Bijvoorbeeld door samen te verkennen hoe het platform werkt, of om samen met de cliënt modules te doen, als de cliënt dat wil of nodig heeft.

Sommige cliënten hebben al een flinke geschiedenis in de zorg en kennen veel methoden al. Of ze hebben – bijvoorbeeld door financiële omstandigheden – geen digitale hulpmiddelen. Dan zoeken we samen naar wat bij hen past.”

Werken met het netwerk van de cliënt
Het betrekken van het netwerk om iemand heen, krijgt al vroeg in de begeleiding aandacht, vertelt Robèrt: “Om hulp vragen is voor mensen vaak niet makkelijk. Mensen komen vaak schoorvoetend binnen. Het eerste gesprek heeft vaak veel lading, het is spannend. In dat gesprek leren we elkaar eerst beter kennen. Daarna kijken we naar doelen en inventariseren we het netwerk rondom een cliënt. Als het even kan, proberen we dat ook zo snel mogelijk in te zetten op de gebieden waar een hulpvraag ligt. Is er bijvoorbeeld sprake van een sociaal isolement, dan zoeken we contact met initiatieven in de wijk – biljart of een andere activiteit bijvoorbeeld. Collega’s stemmen onderling af wat passende initiatieven zijn, of we bespreken het met de generalist in Eindhoven.

Afhankelijk van of de cliënt er behoefte aan heeft, gaan we de eerste keer mee om ze over de drempel te helpen. Vaak is dat niet nodig, en helpt het al om te weten wat er is en lukt het ze zelf om aansluiting te vinden. We gebruiken het sociale aanbod in een wijk steeds meer. Je kunt daar cliënten echt mee vooruit helpen. Als de begeleiding dan afrondt, heeft iemand een prettig basis in de wijk, een vangnet. Als het dan iets minder gaat, kunnen ze daarop terugvallen en is zorg niet altijd meer nodig.”

Een boodschap voor iedereen
Wat Robèrt tot slot kwijt wil aan inwoners van Eindhoven – of liever nog: aan alle inwoners, van welke gemeente dan ook: “Schroom niet en wacht niet te lang met hulp vragen als je problemen ervaart. Laat het niet te groot worden. Schaam je niet, trek aan de bel.”